Vanmorgen hebben we weer afscheid genomen van Per, hij zet koers naar Gambia. Met de getijde stroom mee zijn we op de motor naar Foundiougne gevaren dat zo'n 20 Nm het binnenland in ligt. De rivier was niet overal breed genoeg om te laveren en dan hadden we het ook niet in een dag gehaald. Onderweg pakten we regelmatig de verrekijker om vogels te kijken, pelikaan, sterns, reigers, flamingo's, hornbill, ijsvogel en meedere Afrikaanse visarenden. Het gebied van de Saloum staat bekend om zijn vogelrijkdom. Gisteren maakten we nog een wandelingetje op het schiereiland van Djifere en scoorde daar de hop van de foto hiernaast. Het vissersdorpje, waar geen elektriciteit en stromend water is, doet je weer blij zijn dat je wieg in Nederland stond. Net buiten de bebouwde kom merkte Erik op dat hier het publieke toilet gebied begon. Links en rechts van de weg liepen lokale mensen door de bossages en de meesten hadden een plastic fluitketel bij zich die we ook al als "toilet papier" gezien hadden in het sanitair van het nationale museum in Dakar. In Djifere kochten we nog "matok" (cassave) en een stokbroodje. Het kopen en bij je hebben van lokale etenswaar, zeker die je moet koken, zorgt dat je minder wordt aangesproken door toeristen jagers. En matok is een smakelijker zetmeel product dan de hollandse aardappel. Het krioelt er van de kleine kindjes die allemaal "toubab" beginnen te roepen naar ons (we denken dat dat iets als blanke betekent) en zeuren om op de foto te mogen. Terug bij de boot was Per de aangroei van zijn boot aan het verwijderen, gisteren had Erik dat al gedaan bij de Gabber terwijl Ernie muskietennetten maakten voor het luik en de ingang. Na drie maanden was de onderkant van de boot weer hard aan een schoonmaakbeurt toe. | |
.